Ans en Frans Jacobs, Frans en Ans Jacobs,
Ans Jacobs, Frans Jacobs, Dorfmann, Wiesenrain, Feldthurns, Velturno, Klausen, Chiusa, Dolomieten, Dolomiten, Dolomiti, Bozen, Bolzano, Brixen, Bressanone,Eisacktal, Isarco, Villnösstal, Teis, Gufidaun, Langkofel, Platkofel, Geislergruppe, Peitlerkofel, Würzjoch, Ütia de Börz, Ütia Vaciara, Ütia de Goma, Kaltern, Kalterersee, St. Michael, St. Paul, Eggental, Karersee, Lago di Carezza, Passo di Castalunga, Karerpass, Vigo di Fassa, Rosengarten, Penserjoch, Marmolada, Kloster Säben, die Gärten von Schloss Trauttmansdorff, Völserweier, Völs am Schlern, Feldthurnerhof, Eislöcher
Over de Penserjoch (Passo di Pénnes)Midden door de Alpi Sarentine loopt weg nr. 508 over de Passo di Pénnes (2215 m) naar het Valle Sarentina (Sarntal) en Bolzano (Bozen). Wat de afstand (67 km) betreft, vormt weg nr. 508 de kortste verbinding tussen Vipiteno (Sterzing) en Bolzano, maar toch is de iets langere autostrada door het Valle Isarco (Eisacktal) - ondanks de geweldige drukte in de zomer - veel sneller. De route over de Passo di Pénnes is namelijk lang niet gemakkelijk en kan daarom alleen aanbevolen worden aan de niet-gehaaste toerist die ervaring heeft met rijden in de bergen. Aan de noordzijde van de pas komen stijgingen van 13% voor, aan de zuidzijde van 12%. De weg is verboden voor auto's met caravan en is doorgaans slechts bereidbaar van mei tot november. Vanaf de pas, tussen de hellingen vol alpenroosjes, daalt de weg door het nagenoeg onbewoonde Val di Pénnes (Penser Tal), dat overgaat in het eveneens spaarzaam bewoonde Valle Sarentina (Sarntal). Vanwege de afzijdige ligging hebben de bewoners van deze dalen hun oude levensstijl behouden. De boerengemeenschappen gaan zeker op zondag in klederdracht naar de kerk. De grootste van deze gemeenschappen is Sarentino (Sarnthein: 966 m; 2800 inw.), gelegen tussen de naaldbossen. Het dorp wordt beheerst door het iets hoger gelegen kasteel Reinegg (Castello Regino) uit de 13e eeuw, en de burcht Kränzelstein, eveneens uit de 13e eeuw maar in een latere eeuw verbouwd. Het Cyprankerkje is binnenin geheel met fresco's bedekt. De schilderingen op de noordmuur van het schip dateren van de 14e eeuw: Lijden van Christus en het martelaarschap van St. Cyprianus (sleutel bij het tankstation). Ongeveer 10 km ten zuiden van Sarentino vernauwt het dal zich tot een zeer romantische kloof, waardoor de Talvera (Talferbach) bruisend stroomt naar het bekken van Bolzano. Tegen de rotswand van deze kloof is met veel moeite een weg aangelegd; liefst 23 tunnels moesten daarvoor worden geboord. Bij Campolasta (Astfeld) ten noorden van Sarentino komt de Durnholzer uit in de Talvera. (Overgenomen uit de ANWB reisgids, gouden serie: Dolomieten-Gardameer) |
... Rond elf uur rijden we over de Brenner richting Sterzing. Bij Sterzing verlaten we de Brenner en volgen de bordjes naar de Penserjoch. Hoewel in de ANWB-gids staat aangegeven dat de Penserjoch lang niet gemakkelijk is en daarom alleen aanbevolen wordt aan de niet-gehaaste toerist die ervaring heeft met rijden in de bergen, vind ik het allemaal wel meevallen en kan ook niet zeggen dat ik van het eerste stuk vanaf Sterzing echt onder de indruk ben. ... ... Onderweg naar de Penserjoch stoppen we voor het maken van een foto, want de uitzichten zijn, ondanks het mindere zicht, toch fraai. Wanneer we weer willen vertrekken weigert de motor van mijn Astra aan te slaan. Hoewel het door mijn achtergrond aan enige kennis van auto’s niet ontbreekt, sta ik bij de huidige stand van de techniek toch min of meer met m’n bek vol tanden wanneer mijn Ans vraagt: “Waarom doet-ie-het-nu-niet?” Omdat mijn auto’s tot nu toe nog nooit dienst hebben geweigerd en het daarom bij mij aan opgebouwde routine ontbreekt om ver van de bewoonde wereld hulp in te roepen, vertrouw ik er min of meer op dat alles goed komt. En inderdaad, na een korte rustpauze en zonder een ingreep mijnerzijds blijkt alles na verloop van tijd weer te werken en tuffen we verder richting Penserjoch. Natuurlijk moet Ans weten wat de oorzaak van deze gedwongen pauze is. Voor mij is het slechts gissen, maar onder ons gezegd vermoed ik dat door de hitte teveel benzine is verdampt en dat de motor op z’n ouderwets gezegd gewoon ‘verzopen’ was. Gelukkig! Ans, die normaal gesproken blind vaart op mijn technisch kunnen, geloofd ook nu weer dat ik persoonlijk dit akkefietje zonder hulp van bovenaf heb verholpen. Zij neemt genoegen met mijn antwoord dat ik graag aandik met wat technische feiten uit het verleden en richt zich vervolgens weer volledig op haar Canon en de omgeving. ... ... Boven op de Penserjoch hebben we een wijds uitzicht. Ans en ik wandelen een eindje en zoeken een plaatsje waar we ons brood op kunnen eten. Op de terugweg naar de auto komen we een 84-jarige man tegen dit afkomstig is uit St. Michael. We maken een praatje en wijst ons op de prachtige hellingen vol met alpenroosjes die binnen nu en twee weken in volle bloei zullen staan en de hellingen rood doen kleuren. (Wij zijn klaarblijkelijk iets te vroeg.) Hij noemt het gebied uniek en verteld ons dat hij daarvoor elk jaar een aantal keren naar de Penserjoch rijdt. Ook de Eislöcher bij St. Michael zijn hem niet onbekend en vindt het een fenomeen dat niet verklaren valt. ... |
... Ans en ik rijden verder naar Sarnthein. Hoewel het erg warm is maken we toch een korte wandeling door dit stadje. In de kerk worden wat foto’s gemaakt en terwijl we al fotograferend opzoek gaan naar een plaats waar onze dorst kan worden gelest, komt een jonge man naar ons toe die vraagt of hij op de foto mag. Trots poseert hij in zijn typische Tiroler schort en ik beloof hem dat zijn foto op het Internet te bewonderen zal zijn. ... | |
... Even later rijden Ans en ik weg uit Sarnthein, zo’n 10 kilometer ten zuiden van Sarnthein, vernauwd het dal zich tot een zeer romantische kloof waardoor de Talvera (Talferbach) bruisend stroomt naar het bekken van Bolzano. Tegen de rotswand van deze kloof is met veel moeite een weg aangelegd; we rijden door maar liefst 23 geboorde tunnels naar Bolzano. Vanaf Bolzano rijden Ans en ik door naar de Kalterersee (Lago di Caldaro). De bedoeling is om bij de Kalterersee nog even een terrasje te pikken. Hoewel de Kalterersee er van bovenaf zeer verleidelijk bij ligt, is de realiteit bij het meer toch even iets anders: boordevol toerisme en alleen toegankelijk via betaalde strandbaden. Kortom, als je niet wilt zwemmen en/of watersporten, dan heb je hier niets te zoeken. We rijden over de Brenner terug naar Brixen, doen bij de Spar nog wat aanvullende boodschappen en rijden door naar Feldthurns. Rond half acht zijn we thuis. Vlak voor het eten begint het hevig te regenen en te onweren, een waar noodweer. Door de stormachtige wind en het vele regenwater ontstaat er een lekkage in de trappenhal. Reinhard, de zoon van Johann en Antonia, zorgt snel dat het water van de trappen verdwijnt. Gelaten laat ik het noodweer over onze woning heenrazen, mijn darmontsteking heeft wederom een stevige stempel op deze dag gedrukt. |
Wat deden Kees en Anita?Hierboven op deze pagina heb ik al aangegeven dat Kees en Anita al vrij vroeg een sms'je hadden gestuurd dat zij deze dag naar Vahrn (Varna) zouden gaan om daar een bezoek aan de Vahrner See te brengen. Echter, in Vahrn waren die twee, hoe mooi het daar ook was, snel uitgekeken. Zij reden door naar het Jochtal en gingen met de kabelbaan van 1300 m naar 2100 m om daar, met hun schijnbaar onuitputtelijke energie, een wandeling te maken. Om kwart voor vijf werd de kabelbaan terug genomen en was Mühlbach hun volgende doel. Ook hier werd nog even de tijd genomen om door het stadje te wandelen en foto's te maken. Kortom, voor die twee was het weer een dag om geleefd te worden. |
volgende pagina |